De ziekte van Lyme: gevaarlijk voor mens én dier

Bacterie

Nu het weer mooier weer wordt is het heerlijk om naar buiten te gaan en een boswandeling te maken. Toch is dit niet altijd zonder risico! Het is namelijk ook weer tijd voor teken en die kunnen de ziekte van Lyme overbrengen. Dit is niet alleen het geval voor mensen, maar ook voor dieren.

Bacterie

Lyme‐borreliose, beter bekend als de ziekte van Lyme, is de meest voorkomende door teken overgedragen infectie in Europa. Spirocheten, spiraalvormige bacteriën, zijn verantwoordelijk voor de ziekte en kunnen door besmette teken door middel van een beet op mens of dier worden overgedragen. De bacterie wordt voornamelijk overgebracht door de tekensoort Ixodes ricinus, een tekensoort die in heel Europa voorkomt. Deze teek komt niet alleen in het bos of in heidevelden voor; uit onderzoek is gebleken dat ongeveer 1/3 van de tekenbeten wordt opgelopen in de eigen tuin!

De ziekte van Lyme: gevaarlijk voor mens én dier

Geen nieuwe ziekte

De ziekte van Lyme – genoemd naar het plaatsje Old Lyme in Connecticut (USA) waar in de jaren 70 onder jongeren een uitbraak van de ziekte werd vastgesteld‐ lijkt misschien een redelijk nieuwe ziekte, toch is hij dat niet. De oudste beschreven Lymepatiënt blijkt namelijk Ötzi te zijn, de bekende ijsmummie uit de Alpen die rond 3000 v Christus leefde.

1,3 miljoen tekenbeten per jaar

Het aantal tekenbeten bij mensen per jaar in Nederland wordt geschat op ongeveer 1,3 miljoen. Uit onderzoek is gebleken dat circa 20 procent van de teken in buitengebied in ons land is besmet met de bacterie Borrelia burgdorferia. In stedelijke gebieden wordt geschat dat 1 op de 6 à 7 teken besmet is met de bacterie. Jaarlijks zijn er in Nederland meer dan 27.000 nieuwe gevallen van Lyme Borreliose. Bij honden zijn deze cijfers niet precies bekend.

Voorkomen is beter dan genezen

Een rode ring om de plek van de tekenbeet is bij mensen een duidelijk symptoom van de ziekte en komt in 80 tot 90 procent van de besmettingen voor. Bij honden zijn symptomen van de ziekte niet zo duidelijk. Koorts en kreupelheid worden bij jonge honden beschreven, maar dit kan natuurlijk ook andere oorzaken hebben. Als bij jou of je hond de ziekte wordt vastgesteld, zal er in de eerste plaats antibiotica worden voorgeschreven. Beter nog dan een behandeling tegen de ziekte is vóórkomen dat jij of je hond de ziekte oploopt. Dat kan door te voorkomen dat je door een teek gebeten wordt, door te voorkomen dat je na een beet geïnfecteerd raakt, en door teken te weren of te doden. Bij honden bestaat daarnaast de mogelijkheid van vaccinatie tegen deze ziekte.